De voorraad B12 in de lever, altijd te benutten?
De opname van vitamine B12
Vitamine B12 zit alleen in dierlijke producten zoals vlees, vis, gevogelte,
melkproducten en eieren. Mensen met een evenwichtig voedingspatroon krijgen
voldoende via het voedsel binnen als eiwitgebonden B12.
In de maag vindt de splitsing van het eiwit plaats door de werking van maagzuur
en enzymen. Vervolgens bindt de B12 zich aan R-factor
(R-binder/haptocorrine), een eiwit geproduceerd door de speekselklieren en gaat
zo naar de twaalfvingerige darm. Meer
info. Door enzymen uit de pancreas wordt de verbinding met de
R-factor verbroken en kan de B12 zich binden met de Intrinsic Factor. Deze
IF is een glycoproteïne geproduceerd door de pariëtale cellen in de maagwand.
De Intrinsic Factor maakt dat vitamine B12 opgenomen kan worden in het laatste
deel van de dunne darm. Vervolgens wordt de B12 in het bloed gebonden aan
transcobalamine(transporteiwit) en zo verder vervoerd.
De enterohepatische kringloop van B12
Via het bloed komt de opgenomen B12 in de lever terecht. In de lever van de mens
(en dier) is hierdoor een flinke hoeveelheid B12 beschikbaar (het merendeel van
het totaal aan B12 in het lichaam). Hier wordt mogelijk de B12 ontdaan van
analogen en geschikt gemaakt voor heropname in de darm. Via de gal komt de B12
weer in de dunne darm en wordt in het laatste deel hiervan weer opgenomen in de
bloedstroom en de kringloop is rond.
De "voorraad" in de lever is beschikbaar als de inname van B12 sterk
zou verminderen of als het lichaam in bepaalde situaties meer B12 verliest, maar
dan moet het traject van opname wel gezond zijn. Hierdoor kan het lichaam heel
lang vooruit met te weinig B12 in de voeding.
Bij een opnamestoornis, zoals Addison-Biermer, is de hoeveelheid in de lever
niet optimaal beschikbaar. De B12 die via de gal in de darm komt heeft dan ook
te maken met de bewuste opnamestoornis.
We kunnen dus niet al te gemakkelijk spreken over een grote "voorraad"
in de lever. Het is wel een grote hoeveelheid, maar is in geval van een
opnamestoornis vaak niet als effectieve voorraad beschikbaar.
De voorraad B12 in de lever
De levervoorraad van een gezond mens (met een normale B12-opname) is
voldoende voor een tot drie jaar en wordt in tijden van te weinig B12 in de voeding
verbruikt. De voorraad slinkt heel langzaam, maar het lichaam ondervindt hiervan
geen klachten gedurende vele jaren.
Als er sprake is van een opnameprobleem, dan kan deze voorraad niet benut
worden. De B12 in de lever die via de gal in de dunne darm komt ondervindt
hetzelfde opnameprobleem. De waarde in het bloed zal dan veel eerder een daling
te zien geven en zullen er eerder klachten ontstaan door een functioneel
B12-tekort.
Als de oorzaak alleen een maagzuurtekort is, dan kan de levervoorraad wel benut
worden.
Bij mensen met een opnameprobleem wordt de B12 via injecties aangevuld. Ook zal
dan de levervoorraad heel geleidelijk aangevuld worden, maar zoals hierboven
aangegeven kan deze dan niet benut worden. Na stoppen van de injecties kan
er dus niet langdurig van de levervoorraad (en leverwerking) geprofiteerd worden
en zullen de klachten al snel weer opspelen.
Wanneer kan de
levervoorraad B12 benut worden?
Bij een ongestoorde opname van vitamine B12 kan de voorraad benut worden bij tijdelijk te weinig voeding met B12 of bij een tijdelijjk extra verbruik als bij zwangerschap en lactatie. Als de opname van B12 aan het afnemen is, dan kan gedeelteljk gebruik
worden gemaakt van de voorraad B12 in de lever. Na een Gastric Bypass of maagresectie ligt de productie van
Intrinsic Factor van het ene op het andere moment stil en kan de
voorraad B12 in de lever niet meer opgenomen worden. Bij een opnamestoornis denkt men met de opstartfase de levervoorraad snel op peil te brengen, maar het is de vraag of dat snel kan. En als zou de levervoorraad op peil zijn, dan heeft het lichaam er meestal niets aan omdat de B12 die via de gal in de darm komt tegen hetzelfde opnameprobleem aanloopt als de B12 via de voeding. |
Meer over B12 om snel even te printen
Bron: http://home.kpn.nl/hindrikdejong/
Henk de Jong 2018